Autoscroll
1 Column 
Text size
Transpose 0
Tuning: E A D G B E
Herman Van Veen – Cirkels [Intro] Gm6 A7 Dm/A [verse 1]
Dm/ARond als de wijnvlek van eergister op het vuile tafelA7blad speleA7n gouden druppels zonlicht op het koude tegelDm/Apad en de rimpels in de vD7ijver en het vangnet van een Gm7spin zijn allemaal maar cirC7kels zonder einde ofFmaj7 begin en de tijd verslijt de Bbmaj7dagen met de wijzers van de kGm6lok die de uren traag verA7malen heel geruisloos, zonderAbdim schok Er bestaat geen mediA7cijn tegen oud of eenzaam zDm/Aijn
[verse 2]
Dm/A's Avonds als je door je wimpers soms de zon ziet ondergA7aan iA7n een feest van gele vonken die in bloei lijken te sDm/Ataan en de sterren op je netvD7lies trekken strepen in de luGm7cht maar zodra de nacht weer C7nadert slaan je dromen op de Fmaj7vlucht door een klok met kromme wBbmaj7ijzers Die de tijd in stukken Gm6maalt ligt de zomer weer aan flA7arden want de klok heeft niet gAbdimefaald Er bestaat geen mediA7cijn tegen oud of eenzaam zDm/Aijn
[verse 3]
Tel deDm/A gladde kiezelstenen waarmee jij je zakken vA7ult A7maar de mooiste ging verloren door je eigen stomme sDm/Achuld toen je met haar langs het straD7nd liep leek elke schelp een juGm7weel maar nu zie je niets dan kC7eien groot en grijs en veel teFmaj7 veel hoor gefluister in het Bbmaj7ruisen van de rusteloze Gm6zee als je haar dan niet kon mA7issen waarom ging je dan nieAbdimt mee? Er bestaat geen medA7icijn tegen oud of eenzaam Dm/Azijn
[verse 4]
Dm/ABij het afscheid van de zomer zag je eindelijk geA7vaar toen elk blad een kleuAbdimr kreeg van haar honinggele hA7aar Dm/ADe rimpels in de vijver de webben van een spA7in zomaarA7 cirkels in de ruimte zonder einde of beginDm/A in een eindeloos refAbdimrein Er bestaat geen medA7icijn tegen oud of eenzaam zDm/Aijn