K3 - De tafel van k3

^Dbm Het leven ^Gblijkt wel een ^Bgroot avon^Etuur ^Dbm Wie wil ik ^Gbworden, wat ^Bzal ik zijn? ^{E Dbm} Vul elke ^Gbdag weer met ^Bpassie en ^Evuur

En die ^Dbmwondere ^Gbdromen ^Bkomen va^Est uit ^Dbm Wie luistert ^Gbnaar wat z'n ^Bhart 'm ^Everteld ^Dbm Wie wil ik ^Gbworden, wat ^Bzal ik zijn? ^{E Dbm} Diep binnen^Gbin schuilt een ^Bstiekeme ^Eheld En die w^Dbmondere dr^Gbomen ^Bkomen vast ^Euit

^DbWie, wie oh ^Gbwie ^Ab Wie maakt zijn d^Dbromen waar Wie oh ^Gbwie, zit a^Ban de tafel ^Abvan ^DbK3 Wie oh w^Gbie, ^Abwie zit er ^Dbvoor je klaar ^BAan de tafel ^Abvan K3^Db

^Dbm Wie houdt van ^Gbtaart, kan ban^Bketbakker ^Ezijn! ^Dbm Wie houdt van st^Gberren, een ^Bastronaut! ^{E Dbm} Een liedjes^Gbschrijver die ^Bzegt met een r^Eijm: Ja, die ^Dbmwondere dr^Gbomen ^Bkomen vast u^Eit

^DbWie, wie oh wie, neemt een beet uit het leven Wie, wie oh wie, schreeuwt er, weg met de sleur! ^EbWie, wie oh wie, zou je een lintje willen geven

^Dbm Het leven ^Gblijkt wel een ^Bgroot avont^Euur ^Dbm Wie wil ik ^Gbworden, wat ^Bzal ik zijn? ^{E Dbm} Dit is je ^Gbwereld, je z^Bit aan het stu^Eur En dui^Dbmzenden dro^Gbmen komen vast ui^Dbhuit