Jannes - Vannacht

^FmNachten lang loop ik door alle ^Bbmstraten, ^CmIk voel me zo eenzaam en al^Fmleen. ^BbmIk heb iemand ^Cmnodig om mee te ^Fmpraten, ^DbMaar ik heb geen vrienden, zelfs niet ^Gméén.

^FmAlles geprobeerd maar ‘t mocht ^Bbmniet baten, ^CmNooit kwam er een vrouw met^Fm me mee. ^BbmIk ben dan wel^Cm vrij, geen verp^Fmlichting, ^DbToch valt mij het leven echt niet ^Gmmee. ^G

Vannacht dan voel ik mij weer ^Feenzaam, Is er niemand hier voor ^Gmmij? Vannacht dan voel ik mij weer ^Bbeenzaam, ^C Gaat het geluk aan mij voor^Fbij. Kan dan niemand mij ver^Ftellen, ^F7 Of ik het ooit nog vinden ^Bbzou? ^Bbm De vrouw waar ik altijd van ^Fdroomde, ^C De vrouw die ik altijd al ^Fwou. ^Bbm

^FmIk zit in de kroeg met pijn van ^Bbmbinnen, ^CmDe hele wereld gaat aan mij voor^Fmbij. ^BbmIk heb niemand ^Cmdie ik kan be^Fmminnen, ^DbWaarom denkt er nooit een mens aan ^Gmmij?

^FmIk had zo graag twee armen ^Bbmom me heen, ^CmDan voelde ik mij niet meer^Fm alleen. ^BbmMaar ik het zal voor ^Cmmij wel niet meer ^Fmkomen, ^DbEn mn hart dat is allang van steen^Gm. ^G

Vannacht dan voel ik mij weer ^Feenzaam, Is er niemand hier voor ^Gmmij? Vannacht dan voel ik mij weer ^Bbeenzaam, ^C Gaat het geluk aan mij voor^Fbij. Kan dan niemand mij ver^Ftellen, ^F7 Of ik het ooit nog vinden ^Bbzou? ^Bbm De vrouw waar ik altijd van ^Fdroomde, ^C De vrouw die ik altijd al ^Fwou. ^Bbm

De vrouw waar ik altijd van ^Fdroomde, ^C De vrouw die ik altijd al ^Fwou. ^{Am Gm F}