Harrie Jekkers - Nu ik nog leef

Hé op de ^Amdag van mijn begra^Ffenis Als het g^Gat gegraven i^Ams Wil ik li^Amever geen bezoek a^Fan huis Blijf die^G dag maar lek^Amker thuis

Maar kom maar la^Amngs Kom maar lang^Fs Kom maar lan^Ggs Nu ik nog le^Amef

Op mijn g^Amrafsteen hé aan he^Ft eind In mijn a^Gdvertentie, z^Amwart omlijnd Wil ik geen w^Amoorden als diepgeliefd, ge^Fen innig bemind Ik wil geen ru^Gst in vrede Op mijn l^Amint

Hé noem me li^Amef Nu ik nog le^Fef Noem me lie^Gf Nu ik nog ^Amleef

Nu ik nog le^Aef Hé laat nu de glazen z^Dingen Tot ze b^Garsten in duizend scher^Aven van geluk Nu ik nog le^Aef Hé laat nu de liefde z^Dingen Want nu ik nog ^Gleef Wil ik sterven van ^Ageluk Nu ik nog le^Amef Maar op die d^Fag Hé zonder keu^Gs Met het deksel op mijn ne^Amus

Als ik st^Amraks hé lig opgeba^Fard Door nabe^Gstaanden aang^Amestaard Hé laat dan ach^Eter wat aant bederven is Verdeel met^Eeen de erfenis Als ik dood b^Amen Hé of kapo^Ft Niet op de val^Greep Nog even Go^Amd Ik wil ge^Amen toespraken en p^Freken Niet van ^Gpriesters, ni^Amet van leken Geloof in m^Amij Hé nu ik nog ^Fleef Geloof in mi^Gj Nu ik nog l^Ameef

Want nu ik nog le^Aef Hé laat nu de glazen ^Dzingen Hé laat ze barst^Gen in duizend scherven van gel^Auk Nu ik nog ^Aleef Hé laat me nu mijn liedjes zin^Dgen Want nu ik nog ^Gleef Wil ik sterven van ^Ageluk En ik ben nog n^Eiet aan doodgaan toe Dat is wel het la^Eatste wat ik doe

Nu ik nog le^Amef Nu ik nog le^Fef Hé noem me ^Glief Nu ik nog le^Amef Nu ik nog le^Amef Nu ik nog lee^Ff Hé kom maar l^Gangs Nu ik nog lee^Amf Hé kom maar l^Fangs Hé kom maar la^Gngs Nu ik nog le^Amef