Graham Kendrick - Heer het licht van uw liefde schittert

^AHeer, het ^D/Alicht van uw ^Aliefde ^E/Aschittert, ^Aschijnt in ^D/Adonkere ^Adiepten, ^E/Aschittert; ^DJezus, ^E/Dlicht voor de ^C#m7wereld, ver^F#m7licht ons ^Ddoor de ^E/Dwaarheid die ^C#m7u geeft, be^F#m7vrijd ons. ^GSchijn op ^Esus4mij, ^{E G}schijn op ^Esus4mij. ^E

^AKom, ^E/AJezus, k^Dom, vul ^Adit ^Bmland met uw ^Esus4Vaders ^Eglorie; ^Ablaas, ^E/AGeest, ons ^Daan, zet ^Aons ^Bmhar^Bm/At in ^Gvlam, ^{Esus4 E A}stroom, ^E/Aovers^Dtroom al^Ale ^Bmnaties met ^Esus4uw gen^Eade. ^AGeef ^E/Aons uw w^Doord, Heer, ^Aont^Bmsteek ^Ehier het ^Alicht.

^AHeer, ik ^D/Akom in uw ^Astralend ^E/Aschijnsel, ^Auit de sch^D/Aaduw in ^Auw na^E/Abijheid; ^Ddoor uw ^E/DZoon mag ik ^C#m7staan in uw ^F#m7luister, ^Dtoets mij, ^E/Dtest mij, ver^C#m7teer al mijn ^F#m7duister. ^GSchijn op ^Esus4mij, ^{E G}schijn op ^Esus4mij. ^E

^AKom, ^E/AJezus, k^Dom, vul ^Adit ^Bmland met uw ^Esus4Vaders ^Eglorie; ^Ablaas, ^E/AGeest, ons ^Daan, zet ^Aons ^Bmhar^Bm/At in ^Gvlam, ^{Esus4 E A}stroom, ^E/Aovers^Dtroom al^Ale ^Bmnaties met ^Esus4uw gen^Eade. ^AGeef ^E/Aons uw w^Doord, Heer, ^Aont^Bmsteek ^Ehier het ^Alicht.

^AHeer, hoe ^D/Ameer wij uw ^Ahelder ^E/Alicht zien ^Aen de ^D/Aweerglans op ^Aons ge^E/Azicht zien, ^Dzal ons ^E/Dleven voor ^C#m7anderen ^F#m7stralen, ^Dhet ver^E/Dhaal van uw ^C#m7liefde ver^F#m7talen. ^GSchijn op ^Esus4mij, ^{E G}schijn op ^Esus4mij. ^E

^AKom, ^E/AJezus, k^Dom, vul ^Adit ^Bmland met uw ^Esus4Vaders ^Eglorie; ^Ablaas, ^E/AGeest, ons ^Daan, zet ^Aons ^Bmhar^Bm/At in ^Gvlam, ^{Esus4 E A}stroom, ^E/Aovers^Dtroom al^Ale ^Bmnaties met ^Esus4uw gen^Eade. ^AGeef ^E/Aons uw w^Doord, Heer, ^Aont^Bmsteek ^Ehier het ^Alicht.