Elly & Rikkert - Zo koud

^DZeven uur, tijd om op te staan Hij stapt uit bed, ^Dtrekt zijn ochtendjas aan En zijn ^Gochtendhumeur, die ^Dmaandagse sleur ^F#Buiten de deur staat een ^Gsnijdende wind ^ADie blaast hem bijna knock ^Bmout

^BmEn hij voelt zich zo ^Ckoud, ^Gkoud, ^Dkoud [Verse 2] ^DIn de wagen op weg naar zijn baan ^DKomt hij een uur in de file te staan ^GBurgers in blik ^DTwee rijen dik ^F#Hij voelt ze kijken maar hij ^Gkijkt niet terug ^AOmdat hij niemand ver^Bmtrouwt

^BmWant hun blikken zijn ^Ckoud, ^Gkoud, ^Dkoud ^DOh hun blikken zijn ^Ckoud, ^Gkoud, ^Dkoud

^DEn op kantoor is er altijd weer wat ^DIs hij een hondje soms, hij is het zo zat ^GJansen doe dit ^DJansen doe dat ^F#Het lijkt warempel of geen ^Gmens ooit ziet ^AHoeveel werk hij ver^Bmstouwt

^BmZelfs zijn koffie wordt ^Ckoud, ^Gkoud, ^Dkoud [Verse 3] ^DAf en toe droomt hij heel even weg ^DVan jongs af aan achtervolgd door pech ^GHee onderdeur Dan ^Dkreeg -ie een kleur ^F#En in gedachten pakt hij ^Giedereen terug ^ADie hem heeft afge^Bmsnauwd

^BmEn dan maakt ie ze ^Ckoud, ^Gkoud, ^Dkoud ^DOh dan maakt ie ze ^Ckoud, ^Gkoud, ^Dkoud

^EZeven uur, televisie aan ^EHet passiespel met de bal wordt gedaan ^AHup Holland hup We ^Ewinnen de cup ^G#De vrouwen huilen, er is ^Abloed aan de paal ^BEr hangt een man aan het ^Cmhout

^CmEn toch laat het hem ^Dkoud, ^Akoud, ^Ekoud [Verse 5] ^E's Nachts ligt hij te woelen in bed Hij is bang ^EEen vreemde gestalte maakt zich los van het behang Een ^Aman in het wit ^EEn die zegt dit ^G#Zal ik je hart maar transplan^Ateren mijn zoon ^BWant dan ben je niet ^Cmoud

^CmDat hart van jou is zo ^Dkoud, ^Akoud, ^Ekoud ^EDat hart van jou is zo ^Dkoud, zo ^Akoud, ^Ekoud Zo ^Dkoud, ^Akoud, ^Ekoud ^EDat hart van jou is zo ^Dkoud, ^Akoud, ^Ekoud Zo ^Dkoud, ^Akoud, ^Ekoud