De Kast - Hart van mijn gevoel

De ^Dcontouren in het lan^Ad. Ver^Gvagen in de m^Aist. De sch^Demer wordt verdr^Aongen. De n^Gacht wordt uitg^Aewist. In een d^Bmoolhof van e^F#mmoties. Is de ^Gtijd voorbij ge^Agaan. Dan ^Bbloop ik naar de k^Bmamer. Waar jou s^Gpullen ^Aniet meer ^Dstaan. ^D

Ik^D pak de eerste kra^Ant. Ik^G blader er doorh^Aeen. En als ^Dik koffie wil gaan ze^Atten. Zet ^Gik teveel voor mij a^Alleen. Ik moe^Bmt wennen aan de l^F#meegte. Die ji^Gj hier achter^Aliet. Ik^Bb had zoveel ide^Bmalen. Maar zo^Gnder jou h^Aeb ik ze ^Dniet.

het is net of^Bm ik m^Emezelf verloren^A ben.^A/G het is net of^Bm ik de d^Emiepste dalen^A ken.

In het ^Ghart van mij ge^Avoel. Zal ik je nooit ver^Dgeten^D7. In het ^Ghart van mijn ge^F#mvoel mis ik je ^Bmlach. ^{G Em}Had ik kunnen we^Aten. Dat het l^Deven zo^D7nder ^Bmjou me ^B/Abreken^G zou.^{G A4}Vanaf ^Ade eerste ^Ddag. ^D

Mij^Dn werk is blijven li^Aggen. Maa^Gr ik voel me uitge^Ateld. Het^D lichaam lamges^Alagen. Al^Gs door de griep ^Ageveld. In^Bm de allerdaag^F#mse dingen. Sc^Ghuilt een groot v^Aerdriet. Ik ^Bbmoet op nieuw be^Bmginnen. Ma^Gar zove^Ar ben ik n^Dog niet

het Is net of^Bm ik m^Emezelf verloren^A ben.^A/G het Is net of^Bm ik de d^Emiepste dalen^A ken.

In het ^Ghart van mij ge^Avoel. Zal ik je nooit ver^Dgeten^D7. In het ^Ghart van mijn ge^F#mvoel mis ik je ^Bmlach. ^{G Em}Had ik kunnen we^Aten. Dat het l^Deven zo^D7nder ^Bmjou me ^B/Abreken^G zou.^G Vanaf de eerste ^A4dag.^A

zou ik met mijn ^Gwilskrach^A/Gt. naar de ^Ghemel kunnen s^A/Gtijgen. ro^Gtsen laten spl^A/Gijten. om j^F#mou terug te kr^Bijgen. ^B

In het ^Ghart van mij ge^Avoel. Zal ik je nooit ver^Dgeten^D7. In het ^Ghart van mijn ge^F#mvoel mis ik je ^Bmlach. ^{G Em}Had ik kunnen we^Aten. Dat het l^Deven zo^D7nder ^Bmjou me ^B/Abreken^G zou.^{G A4}Vanaf ^Ade eerste ^Ddag. ^D