Boudewijn de Groot - Lied voor een kind dat bang is in het donker
chordsver. 1
Autoscroll
1 Column
Text size
Transpose 0
Capo: 2
Tuning: E A D G B E
https://www.youtube.com/watch?v=cwQBr-1y22A
Lyrics and Music by Lennaert Nijgh and Boudewijn de Groot
Tempo 148
Capo mostly on 2
[Intro]
G-5 X4
C X4
[Verse 1]
CBinnen lig ik in mijn bed Gmet gedachten aan daarbuiten
Fwaar kabouters vrolijk fluiten, Gwant die hebben Caltijd pret.
CBinnen in mijn warme hol Ghoor ik mijn gedachten lopen,
Fdie tevoorschijn zijn gekropen Gen ik voel me Cboordevol.
AmVol verwarring en plezier Fom de koude Amnacht daarbuiten,
Fklamme handjes Amop de ruiten Fvan het een of Gander dier. G7 G6 G7
CVast een soort van chimpansee. GZal ik hem eens binnenlaten?
FNee, in godsnaam laat maar praten, G'k zit genoeg in Cde puree.
[Interlude]
G C G C
F C G C
C C C
[Verse 2]
CLekker is het hier in bed. 'k GHeb mijn allermooiste dromen
Fnu vanavond laten komen Gen de wekker afgeCzet.
CMaar des nachts om twaalf uur Gkomt een kerel van de zolder
Fmet een grote zak vol kolder Gen een fles vol Capezuur.
AmDaarvan ben ik toch wel bang, Fmaar gelukkig Amgaan mijn kleren
Fdan elkaar weer Ammores leren Fen ze rennen Gdoor de gangG7. G6 G7
CEn ik hoor de hoge hoed Gop de kapstok somber klagen
Fwant alleen om hem te plagen, Gdoen ze hem vol suikerCgoed.
[Interlude]
G C G C
F C G C
C C C
[Verse 3]
CMaar ik voel me wat alleen Gen een meisje komt me kussen.
FWel wat lastig ondertussen Gal die vlinders Com me heen.
CMaar nu heb ik dan mijn schat Glekker in mijn warme bedje.
FLekker dier, vooruit wat let je. GHeb je al een Czoen gehad?
AmLeiden is nog steeds in last Fmaar dat kan me Amniet veel schelen,
Fwant de maan, die Amronde gele, Fhoudt de hemel Gtoch wel vasG7t. G6 G7
CMaar helaas de goede fles Gwaaruit ik mijn zoete dromen
Fglanzend in mijn glas zag stromen, Gis nu leeg, een Charde les.
[Interlude]
G C G C
F C G C
C C C
[Verse 4]
CEn die fles is tot mijn spijt 't Gmiddelpunt van heel mijn leven.
FMet de wekker op half zeven Gzak ik door een Ceeuwigheid.
COh het leven is een last Gmet het werk van zeven weken
Fonberoerd en onbekeken Gdoelloos liggend Cin de kast.
AmOh, wat heb ik reuze spijt, Fniets dan tranen Amis het leven
Fen ik zucht met AmVan het Reve: 't Fis weer niks als Gnarigheid. G7 G6 G7
CNarrig snurkend in mijn slaap Glig ik hier tot kwart voor achten
Fop de dageraad te wachten, Gmorgen sta ik Cweer voor aap.
[Outro]
G C G C
F C G C