Boudewijn de Groot - Geen carnaval

^EmIk herkende hem van ^Amheel erg lang geleden, ^Fhij begon meteen te ^Dzeuren over toen. ^EmZo'n gesprek is met een ^Amglimlach te vermijden, een ^Fmasker dat niets terugzegt en ^Dtoch beleefd blijft ^Gdoen. ^EmMaar opeens dacht ik: het ^Amkan me ook niet schelen en in ^Fplaats dom te antwoorden op ^Dweer een domme ^Gvraag ^Emzei ik dat hij me ont^Amzettend ging vervelen, ik ze^G7i: ^G6ik zet geen masker op^G7, geen ^G6carnaval vandaag,^{G7 G6 G7} geen ^G6carnaval vandaag.

^EmIk moest met een be^Amlangrijk iemand praten ^Fen werd ook nog aan zijn ^Dbazen voorgesteld. ^EmEn ik had het ogen^Amblikkelijk in de gaten: ze ge^Fbruiken mij alleen maar voor het ^Dmaken van veel ^Ggeld. ^EmIn plaats van deze zaak te over^Amwegen, in ^Fplaats van: mijne heren, ja na^Dtuurlijk en heel ^Ggraag, ^Emsprak ik de hoop uit dat ze ^Amsnel de tering kregen. ik ze^G7i: ^G6ik zet geen masker op^G7, geen ^G6carnaval vandaag,^{G7 G6 G7} geen ^G6carnaval vanda-a-a-ag.

^EmZe stond met van die ^Amdromerige ogen ^Falsof ze zeggen wou: ik ^Dvoel me hier niet thuis. ^EmWant het was carnaval en ^Amalles scheen te mogen. Dus ik ^Fdraaide om haar heen als een ^Dstraatkat om een ^Gmuis. ^EmMaar toen dacht ik aan wat ^Amik m'had voorgenomen en ge^Fwapend met mijn eerlijkheid en ^Dflink stuk in mijn ^Gkraag ^Emvroeg ik: heb je zin om ^Ammet me mee te komen? Zij ze^G7i: zet ^G6eerst dat masker af^G7, geen ^G6carnaval vandaag.^{G7 G6 G7} Geen ^G6carnaval vandaag.

^G7Ik zet ge^G6en masker op, geen carnaval vandaag.