Boudewijn de Groot - Ballade van de vriendinnen van een nacht

^{Am E} Ballade van de vriendinnen van een nacht Am

Wel ^Amben ik liever thuis dan in een kroeg Maar daar sluipt 's nachts de stilte om me heen En ^Edenken over jou deed ik genoeg Dus blijf ik dan maar liever op de been Want ^Eslapen gaat allang niet meer al^Amleen

^CAlleen is maar alleen, ik ken de stad Wan^Cneer ik eenmaal lastig ben en ^Gzat Is ^Gieder lichaam even warm en zacht En helpt vergeten wat ik eenmaal ^Chad Zo ^Eken ik mijn vriendinnen van een nacht Am

Wan^Amneer de dag komt, zie ik pas mijn prooi Daar naast me slaapt een onbekend gezicht En ^Eblijkt ze 's morgens vroeg niet meer zo mooi Als gisteravond met dat roze licht Dan ^Edoe ik maar weer gauw mijn ogen ^Amdicht

Het ^Cwas misschien wel fijn voor deze keer Ik ^Cga en kom na deze nacht nooit ^Gmeer En ^Gals ze mij ontmoet en vragend lacht Dan denk ik: wie ben jij nu ook al ^Cweer Zo ^Eken ik mijn vriendinnen van een nacht

Soms ^Amdroom ik half dat ik weer iets herken Een geur van haar, een lach waarvan ik houd Maar ^Eal te goed weet ik dan waar ik ben Hier lig ik met een vreemde blote vrouw En ^Eniemand op de wereld lijkt op ^Amjou

Maar ^Cblijf ik 's avonds thuis, dan wordt het stil Die ^Ckamers vol van toen, ze zijn zo ^Gkil Ik ^Gvlucht de stad in en ga weer op jacht En breng mezelf opnieuw waar ik niet ^Cwil Zo ^Eken ik mijn vriendinnen van een nacht

e|-^Am5-7-/8-7-5-7-/8-7-5---5-7-/8-7-5-7-/8--5-^E7-----| B|------------------------------------------------| G|------------------------------------------------| D|------------------------------------------------| A|------------------------------------------------| E|------------------------------------------------|

e|-^E7-8-/10-8-7-8-/10-8-7---4-5-/7-5-4-5-/7--4-^Am5---| B|------------------------------------------------| G|------------------------------------------------| D|------------------------------------------------| A|------------------------------------------------| E|------------------------------------------------|

Prinsesjes ^Amlief, als iemand jullie ^Ckwetst Of sletten noemt of over zeden ^Gzwetst Laat ^Ghem een ziekte krijgen vol venijn We sliepen met elkaar en dat was ^Cfijn En daarom heb ik niemand ooit ^Gveracht Maar ik zal jullie altijd dankbaar ^Czijn Zo ^Eben ik, mijn vriendinnen van een nacht Am