Armand - Want er is niemand en nou ik

Je komt van ^Fschool al dan niet met 'n pa^C7piertje in je hand. Dan met 'n ^Ftrap de maatschappij in en aan ^C7iedereen 't land. Je ^Bbhaar is te lang en je ^Fogen staan flauw En je ^Bbrookt veel te veel, ach ze ^Fkijken zo nauw En weet jij ^Bbveel, je krijgt 'n meisje, belooft haar ^Feeuwige trouw. Ze komt mee ^Gthuis je stelt ze voor en dan ^C7ga je weer gauw.

Want er is ^Bbniemand die ^Fecht iets om je geeft, Je staat al^Bbleen in een wereld die ^Fvoor zichzelf leeft. Ze zeggen, ^Bbdoe net als een ander en ^Floop in 't gareel, Doe je het niet,^C7 weet je wel beter, krijg je 't ^Fmes op de keel!

Je kunt op va^Fkantie met vijf-en-twintig ^C7piek in je zak. Je betaalt je ^Fstaangeld voor je tent, dan ben je ^C7blut, totaal platzak. Je eet van ^Bbvreemden, of van vrienden mee, je ^Fscharrelt wat bij elkaar En als ze 't ^Bbzouden merken, nou dan ben je ^Ftoch nog met een paar, Maar de strijd om ^Bbzelfbehoud verlies je, omdat men ^Fdat volstrekt niet duldt. Je bent uit^Geindelijk zelf de dupe, maar je ^C7pa treft alle schuld.

Want er is ^Bbniemand die ^Fecht iets om je geeft, Je staat al^Bbleen in een wereld die ^Fvoor zichzelf leeft. Ze zeggen, ^Bbdoe net als een ander en ^Floop in 't gareel, Doe je het niet,^C7 weet je wel beter, krijg je 't ^Fmes op de keel!

En heb je ^Fvrienden, krijg je op je brood: Breng dat ^C7schoelie niet in huis! Men scheldt je ^Fuit voor asociale schoft en ^C7meer van dat gespuis. ^Bb In onze tijd - dat komt er ^Faltijd aan te pas - Toen was de ^Bbjeugd lang niet zo slecht en dan ^Fgrijp je naar je jas En je ^Bbdenkt er over na: Is 't ^Fwerk'lijk zo gesteld? En wat dan ^Gnog! Maar als je 't huis uit moet, waar ^C7haal je dan je geld?

Want er is ^Bbniemand die ^Fecht iets om je geeft, Je staat al^Bbleen in een wereld die ^Fvoor zichzelf leeft. Ze zeggen, ^Bbdoe net als een ander en ^Floop in 't gareel, Doe je het niet,^C7 weet je wel beter, krijg je 't ^Fmes op de keel!