Wim Sonneveld - Tearoom tango

Toen ik ^Gmjou de roze ^D7tearoom langzaam ^G7binnenschrijden ^Cmzag Met je k^Gmaalgev^D7reten b^Gmontjas en je ^A7arrogante l^D7ach Een afsc^G7huwelijk beeld van honger en el^Cmlende Vroeg'k me ^Gmaf, hoe'k jou in ^A7hemelsnaam her^D7kende. Maar toen ^Gmiedereen jou ^D7nakeek met die ^G7blik van oh-la-^Cmla Dat moet v^Gmroeger i^D7ets ge^Gmweest zijn van comme ^A7ça, en ga maar ^D7na. En de ^G7ober zelfs een buiging voor je m^Cmaakte Toen voeld' ^Gmik, dat mijn ver^D7bittering ontw^Gmaakte. En terwi^Djl - je s^D#tilstond bij 't geb^Dak Was ik de j^D7ongen weer, wiens j^A7ongenshart jij b^D7rak.

Je hebt me be^D7lazerd. Je hebt me bed^Gonderd. En wat me ^D7nu na ^Amal die ^D7jaren nog verw^Gondert Dat ik dat n^Amooit vergeten ^E7zal, al word ik ^Amhonderd. Je hebt me be^D7lazerd. Je hebt me bed^Gonderd.

't Zal zo'n ^Gmdertig jaar ge^D7leden zijn, dat ^G7ik jou stil aan^Cmbad En in ^Gmdeze z^D7elfde ^Gmtearoom steeds op ^A7jou te wachten ^D7zat. En wann^G7eer je dan na uren was ge^Cmkomen, Noemde 'k ^Gmjou de schone ^A7diva van m'n d^D7romen. Na een j^Gmaar geheime l^D7iefde, zei 'k nog st^G7eeds eerbiedig ^Cm"U" En ik m^Gmocht je ^D7af en ^Gmtoe, eens kussen ^A7achter 't me^D7nu. Verder m^G7ocht ik niks, 't was verdomd een sc^Cmhijntje Je hield me st^Gmeeds met je be^A7lofte aan 't l^D7ijntje. Tot ik pl^Dotseling ^D#ontdekte d^Dat Jij wel tw^D7intig and're t^A7earoom-lovers ^D7had.

Je hebt me be^D7lazerd. Je hebt me bed^Gonderd. En wat me ^D7nu na ^Amal die ^D7jaren nog verw^Gondert Dat ik dat n^Amooit vergeten ^E7zal, al word ik ^Amhonderd. Je hebt me be^D7lazerd. Je hebt me bed^Gonderd.

En nu ^Gmzit je aan m'n ^D7tafeltje en vr^G7aagt me "mag ik t^Cmhee?" En je ^Gmattaqu^D7eert wat t^Gmaartjes en wat k^A7ijk je weer gedw^D7ee. En je fl^G7uistert "jongen, haal me uit de ^Cmnesten Want het ^Gmis of heel de ^A7wereld me wil ^D7pesten". Je bent v^Gmeel te dik gep^D7oeierd en de ^G7mot zit in je h^Cmoed En ik ^Gmzie ook ^D7dat je h^Gmuilt, zoals een s^A7lecht actrice d^D7oet. Je p^G7ikt weer een sigaret en vraagt een v^Cmuurtje En je z^Gmegt achter je ^A7zevende lik^D7eurtje. "Ach, je w^Deet dat ik ^D#jou de liefste v^Dond Geef me wat g^D7eld, boy, want ik zit v^A7reselijk aan de g^D7rond". Dan zeg ik: "^A7zit jij aan de g^D7rond?"

Da's heel be^D7lazerd. Da's reuze bed^Gonderd. Dat ik de l^D7iefste ^Amwas is i^D7ets, dat mij verw^Gondert. Vraag het die ^Amanderen maar, je ^E7had 'r minstens ^Amhonderd...

N.C.

OBER....! Goedemiddag ober.

N.C.

Deze dame hier, ober, wou even ALLES afrekenen.

N.C.

Ja, 'k ben belazerd...