Sela - Ik zal er zijn
Autoscroll
1 Column
Text size
Transpose 0
Tuning: E A D G B E
[Vers 1]
Hoe Cwonderlijk G/Cmooi is uw F/Ceeuwige CNaam.
VerAm7borgen aanG6wezig deelt FU mijn beGstaan.
Waar Cik ben, bent GU: wat een F/Akost - G/Bbaar geCheim.
Uw Fnaam is ‘Ik Gben’ Amen ‘FIk F/Gzal er Czijn’.
[Vers 2]
Een Cboog in de G/Cwolken als F/Cteken van Ctrouw,
staat Am7boven mijn G6leven, zegt: FIk ben bij Gjou!
In Ctijden van Gvreugde, maar F/Aook G/Bvan verCdriet,
ben Fik bij U GveiAmlig, FU F/Gdie mij Cziet.
[Tussenspel 1]
Am Fmaj7 Am Fmaj7 Am G/B C F2
e|-8--7-----5----57|-8--7----------57|-8--7--5---------|---------------57|
B|------8-8--------|------8-5--------|---------8--65--8|-8----------6----|
G|-----------------|-----------------|-----------------|---------5-------|
D|-----------------|-----------------|-----------------|-----------------|
A|-----------------|-----------------|-----------------|-----------------|
E|-----------------|-----------------|-----------------|-----------------|
1 + 2 + 3 + 4 + 1 + 2 + 3 + 4 + 1 + 2 + 3 + 4 + 1 + 2 + 3 + 4 +
Am Fmaj7 Am Fmaj7 Am G/B C F2
e|-8--7-----5----57|-8--7----------57|-8--7--5---------|-----------------|
B|------8-8--------|------8-5--------|---------8--65--8|-8---------------|
G|-----------------|-----------------|-----------------|-----------------|
D|-----------------|-----------------|-----------------|-----------------|
A|-----------------|-----------------|-----------------|-----------------|
E|-----------------|-----------------|-----------------|-----------------|
1 + 2 + 3 + 4 + 1 + 2 + 3 + 4 + 1 + 2 + 3 + 4 + 1 + 2 + 3 + 4 +
[Vers 3]
De Ctoekomst is G/Czeker, ja F/Ceindeloos Cgoed.
Als Am7ik eens moet G6sterven, als Fik U ontGmoet:
dan Cdroogt U mijn Gtranen, U F/Anoemt G/Bzelfs mijn Cnaam.
U Fblijft bij mij GJe - Amzus, Flaat F/Gmij niet Cgaan.
[Refrein]
‘Ik Fben die Ik G7ben’ is uw E/G#eeuwige Am7naam.
OnFmaj7noembaar aanCmaj7wezig deelt Fmaj7U mijn beG7susstaan.
Hoe FadembeG7nemend, ontE/G#roerend dichtAm7bij:
uw Fnaam is ‘Ik Gben’, Amen ‘FIk F/Gzal er Czijn’.
[Tussenspel 2]
Am Fmaj7 Am Fmaj7 Am G/B C F2
e|-8--7-----5----57|-8--7----------57|-8--7--5---------|-------------5-7-9|
B|------8-8--------|------8-5--------|---------8--65--8|-8-------6-8------|
G|-----------------|-----------------|-----------------|-------5----------|
D|-----------------|-----------------|-----------------|------------------|
A|-----------------|-----------------|-----------------|------------------|
E|-----------------|-----------------|-----------------|------------------|
1 + 2 + 3 + 4 + 1 + 2 + 3 + 4 + 1 + 2 + 3 + 4 + 1 2 3 4 +
Bm Gmaj7 Bm Gmaj7 Bm A/C# D G2
e|-10-9-----7----79|-10-9----------79|-10-9--7---------|-----------------|
B|------1010-------|------107--------|---------10-87-10|-10-8--7---------|
G|-----------------|-----------------|-----------------|---------7-------|
D|-----------------|-----------------|-----------------|-----------------|
A|-----------------|-----------------|-----------------|-----------------|
E|-----------------|-----------------|-----------------|-----------------|
1 + 2 + 3 + 4 + 1 + 2 + 3 + 4 + 1 + 2 + 3 + 4 + 1 + 2 + 3 + 4 +
[Vers 4]
O DNaam aller A/Dnamen, aan G/DU alle Deer.
Niets Bm7kan mij ooit A6scheiden van GJezus mijn AHeer:
Geen Ddood en geen Aleven, geen G/Bmoei - A/C#te of Dpijn.
Ik Gzal eeuwig Azin - Bmgen, Gdicht G/Abij U Dzijn.
[Refrein]
‘Ik Gben die Ik A7ben’ is uw F#/A#eeuwige Bm7naam.
OnGmaj7noembaar aanDmaj7wezig deelt Gmaj7U mijn beA7susstaan.
Hoe GadembeA7nemend, ontF#/A#roerend dichtBm7bij:
uw Gnaam is ‘Ik Aben’, Bmen ‘GIk G/Azal er Dzijn’.
uw Gnaam is ‘Ik Aben’, Bmen ‘GIk G/Azal er Dzijn’.